3
aug

De strijd tussen hun hoop en onze angsten

Zoals ik in de vorige bijdrage al schreef ben ik samen met een collega-onderzoeker een paar dagen in Calais gaan kijken om te zien wat zich daar afspeelt. Gerede kans immers dat we de stroom vluchtelingen die zich nu nog op Engeland richt binnenkort ook in Nederland zullen zien. Dan wil ik niet alleen afhankelijk zijn van mediaberichten, maar tevoren al met eigen ogen hebben kunnen zien wat zich in en om de vluchtelingen afspeelt.

De meeste vluchtelingen die we in Calais zagen en spraken zijn jonge mannen. Meest twintigers, is onze indruk. Uit Afghanistan, Syrië, Eritrea, Soedan. Bovengemiddeld slim en initiatiefrijk. Hoger opgeleid ook, zo lijkt het. Onder de veel kleinere hoeveelheid vrouwen die we zien signaleren we een paar powergirls van jewelste. Meer inspirerende mensen eigenlijk dan ik op zondagmiddag in de Kalverstraat tegenkom. Het stelt mijn beeld van ‘de vluchteling’ wel grondig bij. Hoewel de landen waar zij uit vandaan komen geen misselijke landen zijn, zie ik vooral mensen die gedreven lijken te worden door hoop, niet door angst. Die niet zozeer ergens vandáán lijken te vluchten, maar ergens naartóe. Naar een plek waar zij een bestaan kunnen opbouwen, zich kunnen ontplooien, veilig kinderen kunnen krijgen. Daar is niets mis mee – ik zou het ook doen – maar onze bereidheid om vluchtelingen op te vangen is volgens mij gebaseerd op een ander beeld.

We wisselen ons zwerven door Le Jungle en de omgeving van de Kanaaltunnel af met het doornemen van de meest recente migratieliteratuur. Zoals Hein de Haas’ boeiende oratie over de migratiemythen. En we reflecteren we op wat we zien. Op de geopolitieke en domweg economische krachten die deze stroom aanjagen. Op de effecten van de huidige – warrig aandoende – aanpak. Op de vraag of de groep die we hier in Calais zien niet om een ander, selectiever toelatingsbeleid vraagt? En op wat er gaat gebeuren als we deze vluchtelingen in Nederland zes maanden – of langer – in een AZC niks doend zouden laten wachten. We schatten in dat ze gek van frustratie worden. Ze willen aan de bak! Zo zou onze opvangprocedure vooral criminogeen uitpakken, terwijl we het precies het tegenovergestelde beogen.

Vooral denk ik na over de vraag wat we kunnen verwachten als de vluchtelingenstroom ook onze kant uitkomt? Wat doet dat met de veiligheidsbeleving van Nederlanders? Nu zijn veel mensen nog reuze begaan met het lot van de bootvluchtelingen. Maar de Middellandse zee is nog veilig veraf. Ik meen toch ook al wel de nodige benauwdheid te bespeuren. Eenzelfde benauwdheid die de Engelsen nu al lijken te hebben. Want wat komt er precies op ons af? Wie halen we binnen? Wat kost ons dat wel niet en ten koste van wat zal dat gaan? Wat voor gevaren brengt dat mee? En vooral: hoevéél komen er wel niet? Ik vermoed dat – leuk of niet – de veiligheidsbeleving in Nederland een stevige dreun gaat krijgen.

Die dreun wordt nog eens versterkt doordat – in de huidige mêlee van berichten en incidenten – het lijkt alsof de EU en het bestuur van de verschillende lidstaten  de regie volstrekt kwijt zijn. Geen coherente, geloofwaardige visie hebben op hoe Europa met de vluchtelingenstroom moet omgaan. En hoe de verschillende lidstaten dat ook onderling constructief kunnen uitvoeren. Out of control is het beeld dat zich steeds meer opdringt. En niets zet het veiligheidsgevoel meer onder druk dan dat.

De berichten uit Engeland volgend lijkt het overigens alsof de Britten nu vooral in actie komen omdat het vakantieverkeer in gevaar komt door de problemen bij de Chunnel. Morbide. Dat er tienduizenden mensen op de vlucht zijn: allà, maar het wordt nu pas een probleem als de Engelsen hun Franse campings niet meer kunnen bereiken.

Kennelijk in een poging de onrust te bezweren plaatsten de Franse en Engelse en ministers van Binnenlandse Zaken, Cazeneuve en May, gisteren een ingezonden brief in The Telegraph. Daarin kondigen zij aan extra te gaan investeren in de beveiliging van de tunnel. Steviger hekken en meer beveiliging. Ook roepen zij andere landen op hun steentje bij te dragen en asielregelingen te harmoniseren. Onderwijl benadrukken zij aan de vluchtelingen dat de Britse straten ‘are not paved with gold’. Tussen de regels door lees je vooral de boodschap aan het electoraat: ‘we hebben de boel echt wel onder controle’. Quod non, zoals ons hier heel snel duidelijk is geworden.

Een hekje gaat deze problematiek niet beheersen. Wat meer harmonisatie ook niet. In Calais wordt boven alles de strijd zichtbaar tussen hún hoop en ónze angsten. Hún hoop is zo groot dat zij daarvoor zelfs de dood riskeren. En onze angsten…? Tja, nu laten we ons wellicht nog geruststellen met een verhaal over  hekken en afstemming. Zoals gezegd, de problemen zijn voor ons nog ver. Maar de aangekondigde maatregelen zullen de enorme kracht die achter deze migratie zit niet kunnen keren, zo is onze indruk. Als dat duidelijk wordt zullen ook ónze angsten zich vermoedelijk in volle hevigheid laten zien. Zowel hun hoop als onze angsten zijn deels op misvattingen gebaseerd, ongetwijfeld. Maar als we die niet tijdig adresseren – en als we niet nog een paar spaden dieper willen graven om de aandrijving van de stroom te doorgronden – staan ons zo nog onaangename verrassingen te wachten….