22
jan

Niet bang, wel alert en bezorgd….

Een paar dagen geleden was ik op een bijeenkomst waar een aantal kopstukken uit onze nationale terrorismebestrijding het woord voerde. De Nederlander voelt zich nog net zo veilig als een paar weken geleden, zo hoorde ik daar. Dat was immers de conclusie van een onderzoek van EenVandaag. Dat klopt. Dat onderzoek werd alleen gehouden vóór de gebeurtenissen in België. Het was een quick&dirty opinieonderzoek met alle beperkingen van dien. En bovenal liet het helemaal niet zien dat ‘de’ Nederlander zich nog net zo veilig voelde. Zestig procent van de respondenten zei inderdaad zich niet onveiliger te voelen sinds Charlie Hebdo. Maar bijna 40% gaf aan zich sinds die aanslag ‘een beetje’ tot ‘heel veel’ onveiliger te voelen. Het (on)veiligheidsglas lijkt mij dan halfvol of halfleeg, maar zeker niet helemáál leeg.

De eerste schrik is – bij het grote publiek – gelukkig meestal snel over. Zeker als media en opinieleiders niet uitgebreid op angst en ellende blijven tamboereren. Dat lijkt, uitzonderingen daargelaten, op dit moment ook relatief goed te gaan. Uit gesprekken en observaties die door mijn onderzoeksgroep op dit moment worden gevoerd komt dan ook zeker niet naar boven dat het algemene publiek op dit moment verlamd wordt door angst. Gelukkig maar. De meesten weten het wijze motto keep calm and carry on relatief gemakkelijk vorm te geven. Dat wil niet zeggen dat mensen zich even veilig weten. De meesten zijn immers niet bang, maar wel alert. Zijn niet angstig, maar wel bezorgd. En dan niet zozeer voor zichzelf, maar voor de samenleving als geheel. Waar gaat het heen?

Interessant is dat onze zorg over terrorisme al vóór de aanslagen aan het oplopen was. Kijk maar naar de ontwikkeling van de publieke zorg over terrorisme in de afgelopen twaalf jaar, zoals weergegeven in onderstaande grafiek.

Schermafbeelding 2015-01-23 om 10.16.55

Het maatschappelijk probleembesef ten aanzien van terrorisme laat een wat grillig, maar niet helemaal onbegrijpelijk beeld zien. In de jaren van de aanslagen in en op Madrid (maart 2004), van Gogh (november 2004) en Londen (juli 2005) schoot ons probleembesef ten aanzien van terrorisme omhoog, net als bijvoorbeeld in het jaar waarin zich o.m. de cartoonrellen voordeden (2006). Na 2008 is het ervaren belang goeddeels weggeëbd: onze aandacht zat daar veel meer bij de financiële crisis. Maar in het najaar van 2014 beginnen we aan het terrorismevraagstuk opeens weer zwaarder te tillen. Meten we hier – naast mogelijk de impact van de MH17 – al de toenemende zorg over jihadisme? Je zou het bijna zeggen, zeker als je ook de ontwikkeling van de zorgen over het thema immigratie bekijkt.

Overigens: alle retoriek over de onrust onder de bevolking over criminaliteit ten spijt neemt – in ieder geval volgens de Eurobarometer gehanteerde meetmethode – onze bezorgdheid daarover vanaf 2003 bijna in een rechte lijn af. Wellicht nog wat sterker zelfs op die momenten dat we ons meer over terrorisme druk gaan maken. Daarmee is najaar 2014 de zorg over terrorisme al groter dan die over criminaliteit. Welk niveau we zouden zien als we op dit moment zouden meten is natuurlijk koffiedik kijken, maar het lijkt niet onredelijk te veronderstellen dat dat weer fors hoger zal zijn. Terrorisme maakt ons dus wellicht niet heel erg bang, maar laat ons zeker niet onberoerd.

Het bovenstaande laat overigens onverlet dat bepaalde groepen binnen de samenleving zich wel degelijk bang voelen, ook lijkt het er op dat verschillende bevolkingssegmenten het begrip ‘veiligheid’ heel anders definiëren. Dat is mijn onderzoeksgroep en de daaraan verbonden Talentpool De Veilige Stad op dit moment aan het onderzoeken, waarover in een later stadium meer.